Middencomplexe zorg verlenen aan een zorgvrager binnen de acute setting

Code

AZ-opleiding-BAZ-4

Type

basis

Omschrijving

Het betreft de totale zorg aan de zorgvrager in de midden complexe zorgsituatie binnen de acute sector. 

De activiteit omvat

• Systematisch verzamelen van gegevens (bijv. overdracht, anamnese, vitale functies, lichamelijk onderzoek)
• Bewaken en monitoren van vitale functies
• Analyseren en interpreteren van gegevens
• Stellen van een (verpleegkundige) werkdiagnose
• Prioriteren en coördineren van verpleegkundige zorg
• Uitvoeren van zorg en (risicovolle) verpleegtechnische handelingen
• Tijdig signaleren van onvoorziene, kritieke situaties (interventies bepalen)
• Evalueren en zo nodig bijstellen van interventies
• Informeren, instrueren en begeleiden van zorgvrager en naasten
• Samenwerken met collega’s en andere zorgverleners; waar nodig (tijdig) inschakelen van hulp
• Evalueren en rapporteren van zorg

Kenmerken midden complexe zorg
• Eén of meerdere vitale functies van de zorgdrager worden ondersteund en/of overgenomen waarbij de zorgvrager goed reageert op de ingestelde therapie

Andere kenmerken die de zorgsituatie middencomplex maken
• Er is een kans op risicovolle complicaties, maar deze liggen niet in de lijn der verwachtingen 
• Actuele aandoeningen (somatisch, sociaal en/of psychisch) kunnen van invloed zijn op de stabiliteit 
• Er zijn maximaal twee specialismen/ketenpartners als hoofdbehandelaar betrokken bij de directe zorg 
• De zorgvrager kan veranderingen beperkt signaleren en/of hierop verminderd adequaat reageren (cognitieve beperking, fysieke beperking)
• Er zijn meerdere verpleegtechnische interventies nodig 
• Communicatie met zorgvrager en/of naasten is bemoeilijkt door uiteenlopende factoren (bijv. oplopende emoties, taalbarrière, culturele achtergrond) 

Beperkingen

Tot deze activiteit behoort niet de zorg aan de volgende patiëntcategorieën: 
• Patiënten met ernstige hemodynamische instabiliteit 
• Baby/kind (voor de AMB geldt deze beperking niet) 
• Beademde patiënt 
• SEH: zorgvrager na trauma 

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Methodieken om op systematische wijze gegevens te verzamelen en te communiceren (bijv. ABCDE, AMPLE, SBARR), methoden voor risico inschatting, vroeg signalering en probleemherkenning (bijvoorbeeld MEWS) 
• Herkenning en behandeling van pijn en delier 
• Anatomie, fysiologie, pathologie en de orgaansystemen- uitgebreid (respiratoir-, circulatoir-, neurologisch-, afweer-, thermoregulatie-, digestief, zintuigelijke-, endocrien-, urogenitaal-, hemostatisch systeem) 
• Farmacodynamiek en farmacokinetiek 
• Vitale parameters en variaties hierop passend bij de zorgvrager en het onderliggende ziektebeeld 
• Interpretatie van labwaarden 
• Vocht en elektrolytenbalans 
• Ritme en geleidingsstoornissen van het hart 
• Richtlijnen, behandelprotocollen en standaarden zoals in de werkpraktijk worden gebruikt 
• Assisteren bij medische handelingen 
• Relevante interventies bij acute aandoeningen inclusief werking, bijwerking en effect 
• Methodieken rond samenwerkingsprocessen (teamvaardigheden) Voor de AMBU geldt dat bovenstaande kennis ook beheerst moet worden specifiek gericht op zuigeling/kind. Hierbij horen ook signalen van kindermishandeling en huiselijk geweld. 

Vaardigheden

• Op methodische wijze gegevens verzamelen (lichamelijk onderzoekvoeren uit en metingen verrichten) 
• Bewaken en monitoren van de vitale functies 
• Interpreteren van de verzamelde gegevens en hieruit een differentiaaldiagnose formuleren 
• Inventariseren van (potentiële) risico`s voor (vitale) lichaamsfuncties op basis van de gezondheidsproblemen en ingezette behandeling 
• Gezondheidssituatie samenvatten, klachten en (potentiële) gezondheidsproblemen verklaren vanuit de pathofysiologie van de (werk)diagnose 
• Prioriteren binnen de planning en coördinatie van werkzaamheden 
• De keuze en planning van interventies afwegen door middel van ‘doeleffect-risico’ 
• Assisteren bij onderzoek en behandeling 
• Interventies volgens de professionele standaarden uitvoeren 
• Signaleren van en reageren op (dreigende) gezondheidsveranderingen 
• Beslissingen nemen die de (uitvoer van) zorg van de zorgvrager aangaan volgens de principes van informed consent 
• Informeren, instrueren en begeleiden van de zorgvrager en diens naasten 
• Herkennen van knelpunten in de communicatie en omgaan met moeilijke situaties als weerstand, heftige emoties en lastige interactiepatronen 
• Erkennen van signalen van ernstige acute of structurele onveiligheid en de meldcode toepassen (specifiek AMBU) 
• Overdragen en consulteren volgens de uitgangspunten van de SBARmethodiek 

Gedrag

• Toont professionele en respectvolle omgang met zorgvragers en hun naasten, rekening houdend met evt. beperkingen van de zorgvrager 
• Toont professionele en respectvolle omgang met betrokken collega’s (interdisciplinair) 
• Stelt zich verantwoordelijk op in het hanteren van de grenzen van de eigen deskundigheid als gespecialiseerde verpleegkundige binnen de acute zorg vraagt tijdig om assistentie 
• Schat eigen behoefte aan psychosociale zorg in en vraagt hulp bij verwerking van traumatiserende gebeurtenissen 
• Ontwikkelt zich door kritisch te reflecteren op het eigen handelen en zo nodig actie te ondernemen om de eigen bekwaamheid te verbeteren 

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

De verwachting is dat de student na ½ jaar van de opleiding de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden. 
Edit | Back to EPA index