Zorg verlenen aan een zorgvrager voor en na percutane interventie

Code

AZ-opleiding-CCU-4

Type

kern

Omschrijving

Het betreft de zorg aan een zorgvrager voor en na een percutane interventie (zowel acuut als gepland), waarbij één of meerdere vitale functies worden ondersteund en de zorgvrager goed reageert op de ingestelde therapie. Het betreft de volgende interventies:
• Percutane hartklepvervangingen 
• Percutane coronaire interventies 
• Percutane congenitale correcties 
• Percutane invasieve drukmetingen 
• Percutane elektrofysiologische ablatie 
• Devise implantaties (PM/ICD en looprecorders) 

De activiteit omvat

• Systematisch verzamelen van gegevens (bijv. overdracht, anamnese, vitale functies, lichamelijk onderzoek) 
• Bewaken en monitoren van vitale functies 
• Analyseren en interpreteren van gegevens van de cardiale patiënt in relatie tot de procedure 
• Stellen van een (verpleegkundige) werkdiagnose 
• Plannen en coördineren van de zorg rondom de percutane interventie 
• Voorbereiden op percutane interventie 
• Stabiliseren van de gezondheidstoestand van de zorgvrager 
• Uitvoeren van zorg en (risicovolle) verpleegtechnische handelingen 
• Tijdig signaleren van onvoorziene, kritieke situaties (interventies bepalen) 
• Uitvoeren van interventies op basis van prioriteiten 
• Evalueren en zo nodig bijstellen van interventies 
• Samenwerken en afstemmen met collega’s en andere disciplines; waar nodig inschakelen van hulp 
• Informeren, instrueren en begeleiden van zorgvrager en naasten 
• Voorbereiden en begeleiden van transport van (in)stabiele zorgvrager 
• Nazorgtraject percutane interventie 
• Evalueren en rapporteren van zorg 

Beperkingen

• Tot deze activiteit behoort niet de zorg tijdens de ingreep op de interventiekamers/ hartkatheterisatie kamers valt 

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Percutane interventies (bijv. CAG, PCI), behandeling, effect en (late) complicaties 
• Farmacologie 
• Monitoring in relatie tot de interventie 
• Interpretatie ritme en 12-afleidingen ECG en laboratoriumuitslagen (elektrofysiologie) in relatie tot percutane interventies 
• Indicaties en contra indicaties effect en complicaties als gevolg van percutane interventie 
• Specifieke verpleegkundige zorg en voorbehouden handelingen rondom percutane interventies 
• Richtlijnen en behandelingsprotocollen t.a.v. percutane interventies zoals in de werkpraktijk worden gebruikt 
• EFO en Ablatie/PM implantatie 
• Externe pacemakers 
• Acute bedreigingen van vitale functies t.g.v. percutane interventie 

Vaardigheden

• Zorgen voor de opvang en stabilisatie van de (acute)zorgvrager voor en na de percutane interventie 
• Op methodische wijze gegevens verzamelen (voert lichamelijk onderzoek uit en verricht metingen) 
• Bewaken en monitoren van de vitale functies (specifiek hartritme in relatie tot ondergane procedure) 
• Interpreteren van de verzamelde gegevens in relatie tot de procedure en hieruit een verpleegkundige werk- en differentiaal diagnose formuleren 
• Inventariseren van (potentiële) risico`s voor (vitale) lichaamsfuncties op basis van de gezondheidsproblemen en ingezette behandeling 
• De gezondheidssituatie samenvatten, klachten en (potentiële) gezondheidsproblemen verklaren vanuit de pathofysiologie van de (werk)diagnose 
• Prioriteren binnen de planning en coördinatie van werkzaamheden 
• De keuze en planning van interventies afwegen door middel van ‘doeleffect-risico’ 
• Samenwerken en afstemmen met collega’s en andere disciplines 
• Assisteren en/of begeleiden bij onderzoek en behandeling 
• Specifieke verpleegkundige zorg uitvoeren in relatie tot de percutane ingreep die de patiënt heeft ondergaan 
• Interventies en voorbehouden handelingen volgens de professionele standaarden uitvoeren (bijv. drempelen pacemaker) 
• Zorg dragen voor transport (in)stabiele patiënt 
• Signaleren van en reageren op (dreigende) gezondheidsveranderingen  
• Beslissingen nemen die de (uitvoer van) zorg van de zorgvrager aangaan volgens de principes van informed consent 
• Informeren, instrueren en begeleiden van de zorgvrager en diens naasten voor en na de percutane interventie 
• Instructie en uitleg aan de zorgvrager en naasten geven t.a.v. nazorgprocedure 
• Methodisch overdragen aan andere hulpverleners (bijv. acute verslechtering, dienstoverdracht, MDO, overplaatsing, etc.) 

Gedrag

• Toont professionele en respectvolle omgang met zorgvragers en hun naasten, rekening houdend met evt. beperkingen van de zorgvrager 
• Toont professionele en respectvolle omgang met betrokken collega’s (interdisciplinair) 
• Stelt zich verantwoordelijk op in het hanteren van de grenzen van de eigen deskundigheid als gespecialiseerde verpleegkundige binnen de acute zorg vraagt tijdig om assistentie 
• Schat eigen behoefte aan psychosociale zorg in en vraagt hulp bij verwerking van traumatiserende gebeurtenissen 
• Ontwikkelt zich door kritisch te reflecteren op het eigen handelen en zo nodig actie te ondernemen om de eigen bekwaamheid te verbeteren 

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

De verwachting is dat de student na aan het eind van de opleiding de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden. 
Edit | Back to EPA index