• Respiratie
• Circulatie
• Urogenitale functies
• Spijsvertering
• Zintuigen
• Bloedwaarden
• Hormonale stelsel
• Neurologische functies

• Totaal Verbrand Lichaamsoppervlak (TVLO) 10-20% met co-morbiditeit
• TVLO >20%
• Inhalatieletsel
• Elektriciteitsletsel hoog voltage
• Chemisch letsel met waterstoffluoride >2% TVLO
• Vitale functies worden continue gemonitord
• Ingezette behandeling vraagt continue aanpassingen, om de vitale functies te behouden en de gezondheidstoestand van de zorgvrager is sterk wisselend en moeilijk voorspelbaar

• Systematisch verzamelen van gegevens m.b.t. de zorgthema’s d.m.v. het bewaken, monitoren en interpreteren van gegevens met de ABCDE- systematiek en andere meetinstrumenten (klinisch redeneren)
• Principes van Emergency Management of Severe Burns (EMSB) en rampenopvang
• Uitvoeren van zorg aan de zorgvrager met een bedreigd zorgthema veroorzaakt door de brandwonden en/of mogelijk inhalatieletsel
• Vochtbehoefte in de acute fase (eerste 48 uur) en vochtbehoefte na de shockfase: shockpreventie en resuscitatie
• Bewaken en uitvoeren van zorg aan de zorgvrager met hoog voltage elektriciteitsletsel
• Bewaken en uitvoeren van zorg aan de zorgvrager chemisch letsel met waterstoffluoride >2% TVLO
• Evalueren van het effect van- en zo nodig bijstellen van interventies ingezet tijdens de behandeling

Voorwaardelijkheden

• Diploma Intensive Care verpleegkundige
• De EPA kan worden afgerond wanneer EPA 2 - Midden complexe zorg verlenen aan een zorgvrager met wondgerelateerde zorgproblemen is toevertrouwd 

• EMSB
• Rampenopvang functie

• Indicaties voor intubatie
• Kenmerken van inhalatieletsel lage en hoge luchtwegen
• Verschillende gradaties inhalatieletsel
• Beademingsvormen en complicaties passend bij inhalatieletsel
• Positionering bij gelaats- en hals verbranding
• Indicaties voor bronchoscopie
• Verschijnselen van rookvergiftiging (CO2, CO, cyanide)
• Oorzaak en gevolgen verhoogd CO2 productie
• Compliance en resistance longen
• ARDS t.g.v. inhalatieletsel

• Brandwondenshock en de verschillende fasen
• Verdieping van de brandwonden t.g.v. shock
• Oedeem
• SIRS en orgaanfalen o.b.v. brandwonden en andere ziektebeelden met uitgebreide huidlaesies
• (Contra-)indicaties kristalloïden en colloïden bij resuscitatie in de acute fase

• Oorzaken, symptomen en behandeling van vocht- en elektrolytenstoornis op basis van uitgebreide brandwonden zoals o.a. albumine, Na/K, bloedgas, Hb/Hct, ureum en kreatinine
• Rhabdomyolyse op basis van elektriciteitsletsel
• Nierfunctiestoornissen t.g.v. shock

• Katabole fase en normaliseren naar anabole fase
• Darmischemie t.g.v. shock
• Aangetaste slijmvliezen t.g.v. Toxische Epidermale Necrolyse (TEN)

• Beschadigingen van het oog bij gelaatsverbranding en/of aangedane slijmvliezen 
• Beschadigingen van het oor bij gelaatsverbranding en/of aangedane slijmvliezen

• Verstoorde stollingscascade – Diffuus Intravasale Stolling (DIS)
• Veranderde bloedwaarden door weefselschade (algemeen), hoog voltage elekticiteitsletsel en chemische brandwonden met waterstoffluoride >2% TVLO

• Hyperglycemie o.b.v. stressreactie bij uitgebreide brandwonden
• Renine Angiotensine Aldosteron Systeem (RAAS)
   

• Bewustzijnsstoornissen o.b.v. vergiftiging (CO2, CO, cyanide)
• Critical illness neuropathie 

• Uitvoeren opvang IC-patiënt volgens richtlijnen EMSB
• Organiseren zorgvragers en team op het brandwondencentrum in geval van een ramp

• Positionering ter ondersteuning van de respiratie
• Toepassen van tubefixatie bij een gelaatsverbranding
• Observeren ademhaling op basis van verschijnselen rookvergiftiging
• Assisteren bij bronchoscopie
• Uitvoeren trachea-bronchiaal toilet en observeren sputum
• Observeren en signaleren van overvullingsbeeld bij brandwonden
• Interpreteren afwijkende adembehoefte bij zorgvrager en in overleg aanpassen beademingsmachine

• Uitvoeren van resuscitatie in de acute fase volgens protocol van het ziekenhuis
• Observeren en interpreteren fasen brandwondenshock aan de hand van uiterlijke kenmerken en parameters en aanpassen binnen het protocol
• Observeren van trend verblijfsgewicht tijdens acute fase
• Positioneren van aangedane extremiteiten om de circulatie te bevorderen
• Observeren en signaleren van onder- en overvullingsbeeld bij brandwonden
• Interpreteren van de vochtbalans gerelateerd aan brandwondenproblematiek als o.a. hypermetabolisme, oedeem, capillaire lekkage en verdamping

• Observeren van kleur en hoeveelheid van de diurese
• Bewaken van de vocht- en elektrolytenhuishouding

• Observeren van de parameters om de katabole fase en het normaliseren naar de anabole fase te herkennen en te bewaken
• Inbrengen van een voedingssonde en andere eventuele andere katheters bij aangedane slijmvliezen en gelaatsverbranding

• Verzorging van het oog bij gelaatsverbranding en/of aangedane slijmvliezen
• Verzorging van het oor bij gelaatsverbranding en/of aangedane slijmvliezen

• Observeren van kenmerken passend bij verstoring in de stollingscascade t.g.v. de brandwonden, lokaal of systemisch

• Interpreteren van labwaarden zoals o.a. glucose, Na en osmolariteit en in overleg of binnen het protocol beleid aanpassen

• Signaleren van en reageren op basis van afwijkend onderzoek en/of gedrag door mogelijke vergiftigingen (CO2, CO, cyanide)
• Interpreteren van meetinstrumenten als Glasgow Coma Scale en pupilcontrole bij intoxicatie
• Effectief communiceren met de beademde zorgvrager met uitgebreide (brand)wonden en/of inhalatieletsel

• Tonen verpleegkundig leiderschap op voortgang medisch en verpleegkundig beleid
• Stelt zich verantwoordelijk op in het hanteren van de grenzen van de eigen deskundigheid als gespecialiseerd IC-verpleegkundige binnen de intensieve zorg vraagt tijdig om assistentie
• Toont professionele- en respectvolle omgang met betrokken collega’s (interprofessioneel)
• Toont professionele- en respectvolle omgang met zorgvrager en zijn naasten
• Schat eigen behoefte aan psychosociale zorg in en vraagt hulp bij verwerking van traumatiserende gebeurtenissen
• Werkt adequaat samen met (externe- en interne) professionals tijdens calamiteiten en rampen
• Evalueren van het effect van de ingezette interventies en het gegeven advies
• Ontwikkelen door kritisch te reflecteren op het eigen handelen tijdens het uitvoeren van de dagelijkse zorg aan de zorgvrager met uitgebreide brandwonden (zie criteria bij specificaties en beperkingen) wel of niet aan de beademing en deze nieuwe inzichten integreren