Zorg verlenen aan zorgvrager met (postoperatieve) pijn

Code

AZ-opleiding-REC-2

Type

kern

Omschrijving

Het betreft hier het verlenen van de totale zorg gericht op een zorgvrager die
op de holding/recovery wordt opgenomen met (postoperatieve) pijnklachten.
De patiëntencategorie bestaat o.a. uit:
• Zorgvragers bij wie regionale anesthesie wordt geplaatst
• Zorgvragers met monitorbewaking bij opladen met analgetica

De activiteit omvat

• Plannen en coördineren van zorg
• Gegevens voor, tijdens en na de procedure verzamelen (overdracht,
anamnese, monitoring)
• Assisteren bij locoregionale anesthesie technieken (bijv. epiduraal,
plexusblokkade)
• Bewaken van de gezondheidstoestand van de zorgvrager
• Analyseren en interpreteren van de bewakingsgegevens
• Signaleren van onvoorziene en kritieke situaties
• Evalueren van het effect van verrichte interventies en indien nodig bijstellen
beleid
• Informeren en instrueren van de zorgvrager en diens naasten
• Inzetten van en samenwerken met collega’s en andere disciplines
• Rapporteren en overdragen van de zorg

Beperkingen

• Tot deze activiteit behoort niet het verlenen van zorg aan een baby of kind
tot 2 jaar

Voorwaardelijkheden
• De EPA’s van de ‘Basis Acute Zorg’ zijn toevertrouwd

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Anatomie, fysiologie in relatie tot (post-operatieve) pijn
• Methoden voor verzamelen van gegevens en een risico-inschatting van de
behandeling van pijn maken
• Complicaties bij (locoregionale) anesthesie en bijbehorende interventies
• Farmacokinetiek en farmacodynamiek pijn
• Bewaking vitale functies
• Richtlijnen en behandelingsprotocollen zoals in de praktijk worden gebruikt
• Chronische en acute pijn (bijv. nociceptie, beleving van pijn) 
• Multidimensionale aspecten van pijn
• Diagnostiek en behandeling bij pijn
• Bewaking en monitoring tijdens pijnbehandeling zoals opladen met
analgetica (invloed op de vitale functies/ parameters)
• Effect van (postoperatieve) pijn
• Diagnostiek en behandeling pijn

Vaardigheden

• Op methodische wijze gegevens verzamelen en op basis van de
geconstateerde gezondheidsproblemen de urgentie bepalen
• Bewaken en monitoren van de vitale functies (monitoren van pijn,
pijnscore)
• Interpreteren van de verzamelde gegevens en hieruit een (verpleegkundige)
werk- en differentiaaldiagnose formuleren
• De gezondheidssituatie samenvatten, klachten en (potentiële)
gezondheidsproblemen verklaren vanuit de pathofysiologie van de
(werk)diagnose
• Prioriteren binnen de planning en coördinatie van werkzaamheden
• De keuze en planning van interventies afwegen door middel van ‘doeleffect-risico’
• Inventariseren van (potentiële) risico`s voor (vitale) lichaamsfuncties op
basis van de gezondheidsproblemen en ingezette behandeling
• Assisteren en begeleiden bij onderzoek en behandeling van de zorgvrager
met pijn
• Proactief samenwerken met de anesthesioloog
• Instructie en uitleg geven aan de zorgvrager
• Apparatuur bedienen volgens geldende richtlijnen
• Onvoorziene en kritieke situaties ten gevolge van locoregionale anesthesie
signaleren
• Interventies uitvoeren op basis van prioriteiten en deze motiveren
• Informeren, instrueren en begeleiden van de zorgvrager en diens naasten
• Bijdragen aan een goede samenwerking en afstemming met de
verschillende disciplines

Gedrag

• Toont professionele en respectvolle omgang met zorgvragers en hun
naasten, rekening houdend met evt. beperkingen van de zorgvrager
• Toont professionele en respectvolle omgang met betrokken collega’s
(interdisciplinair)
• Stelt zich verantwoordelijk op in het hanteren van de grenzen van de eigen
deskundigheid als gespecialiseerde verpleegkundige binnen de acute zorg
vraagt tijdig om assistentie
• Schat eigen behoefte aan psychosociale zorg in en vraagt hulp bij
verwerking van traumatiserende gebeurtenissen
• Ontwikkelt zich door kritisch te reflecteren op het eigen handelen en zo
nodig actie te ondernemen om de eigen bekwaamheid te verbete

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

Dit is een kern-EPA. De EPA kan aan de student na de BAZ toevertrouwd
worden op supervisieniveau 4. De duur wordt bepaald door de werkcontext en
de individuele student.
Edit | Back to EPA index