Hoogcomplexe zorg verlenen aan een (volwassen)zorgvrager in de acute setting

Code

AZ-opleiding-REC-5

Type

specifiek

Omschrijving

Het betreft het verlenen van totale zorg in de acute setting.

Kenmerken hoogcomplexe zorg
• Meerdere vitale functies van de zorgvrager worden ondersteund en/of
overgenomen en de ingestelde therapie moet voortdurend worden
bijgesteld omdat de zorgvrager niet of onvoldoende reageert op de therapie
• De zorgvrager heeft een instabiele gezondheidstoestand die sterk wisselend
en moeilijk voorspelbaar is

Andere kenmerken die de zorgsituatie hoogcomplex maken
• Risicovolle complicaties zullen zich vrijwel zeker voordoen
• Actuele aandoeningen (somatisch, sociaal en/of psychisch) zijn van invloed
op de stabiliteit (bijv. co-morbiditeit)
• Er zijn meerdere specialismen/ketenpartners bij de directe zorg voor de
zorgvrager betrokken
• De zorgvrager kan veranderingen niet zelf signaleren en/of hierop adequaat
reageren (cognitieve beperking, fysieke beperking)
• Er zijn meerdere snel opeenvolgende verpleegtechnische interventies nodig
• Communicatie met zorgvrager en/of naasten is bemoeilijkt door
uiteenlopende factoren (bijvoorbeeld: oplopende emoties, onrust,
taalbarrière, culturele achtergrond)
• Specifiek binnen context recoveryzorg: De patiënt ondergaat een zeer grote
chirurgische ingreep, heeft een hoge ASA-classificatie of een combinatie van
beide factoren

De activiteit omvat

• Multidisciplinair samenwerken in teamverband
• Systematisch verzamelen van gegevens (ABCDE-methodiek)
• Bewaken en monitoren van vitale functies
• Verrichten diagnostisch onderzoek en verlenen direct benodigde zorg
• Analyseren en interpreteren van de bewakingsgegevens
• Stellen van een (verpleegkundige) werkdiagnose
• Bieden van voorstellen m.b.t. interventies en behandeling
• Prioriteren en coördineren van verpleegkundige zorg
• Uitvoeren van zorg en (risicovolle) verpleegtechnische handelingen
• Frequent bijstellen ingestelde therapie
• Tijdig signaleren van onvoorziene, kritieke situaties (interventies bepalen)
• Gestructureerd benaderen van de (spoed)situatie
• Evalueren en zo nodig bijstellen van interventies (in overleg met
behandelaar)
• Informeren, instrueren en begeleiden van zorgvrager en naasten
• Voorbereiden en begeleiden van overplaatsing en transport
• Rapporteren en overdragen van zorg

Beperkingen

Tot deze activiteit behoort niet de zorg aan:
• Baby/ kind
• De zorgvrager met een cardiorespiratoir arrest

Voorwaardelijkheden
• De EPA’s van de ‘Basis Acute Zorg’ zijn toevertrouwd
• De EPA ‘Midden complexe zorg verlenen aan de invasief beademde
zorgvrager’ is toevertrouwd

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Methodieken rond samenwerkingsprocessen (teamvaardigheden)
• Methodieken om op systematische wijze gegevens te verzamelen en te
communiceren (bijv. ABCDE, AMPLE, SBARR), methoden voor risico
inschatting, vroeg signalering en probleemherkenning (bijvoorbeeld MEWS)
• Anatomie, fysiologie, pathologie en de samenhang van de betrokken
orgaansystemen (respiratoir-, circulatoir-, neurologisch-, afweer-,
thermoregulatie-, digestief, zintuigelijke-, endocrien-, urogenitaal-,
hemostatisch systeem)
• Farmacodynamiek en farmacokinetiek
• Vitale parameters en variaties hierop passend bij de zorgvrager
(karakteristieken) of het onderliggende ziektebeeld en/of orgaanfalen en
aard van de chirurgische ingreep
• Interpretatie van labwaarden
• Diagnostiek en onderzoek (bijv. invasieve metingen)
• Acute bedreigingen van vitale functies (bijv. shock, circulatiestilstand)
• Vocht en elektrolytenbalans
• Richtlijnen, behandelingsprotocollen en standaarden zoals in de
werkpraktijk worden gebruikt
• Relevante interventies bij acute aandoeningen inclusief werking, bijwerking
en effect

Vaardigheden

• Opstarten van de opvang van de hoogcomplexe zorgvrager opstarten
• Op methodische wijze gegevens verzamelen en op basis van de
geconstateerde gezondheidsproblemen de urgentie bepalen
• Relevante parameters in relatie tot het ziektebeeld, de aard van de
(chirurgische) ingreep en de anesthesietechniek bewaken
• Interpreteren van de verzamelde gegevens en hieruit een (verpleegkundige)
werk- en differentiaaldiagnose formuleren
• De gezondheidssituatie samenvatten, klachten en (potentiële)
gezondheidsproblemen verklaren vanuit de pathofysiologie van de
(werk)diagnose
• Prioriteren binnen de planning en coördinatie van werkzaamheden
• De keuze en planning van interventies afwegen door middel van ‘doeleffect-risico’
• Inventariseren van (potentiële) risico`s voor (vitale) lichaamsfuncties op
basis van de gezondheidsproblemen en ingezette behandeling
• Assisteren bij onderzoek en behandeling (bijv. intubatie, lumbaalpunctie,
thoraxdrainage)
• Interventies volgens de professionele standaarden uitvoeren
• Signaleren van en reageren op (dreigende) gezondheidsveranderingen
• Beslissingen nemen die de (uitvoer van) zorg van de zorgvrager aangaan
volgens de principes van informed consent
• Informeren, instrueren en begeleiden van de zorgvrager en diens naasten
• Voorbereiden op/uitvoeren van een overplaatsing naar MC/IC/ ander
ziekenhuis
• Methodisch overdragen aan andere hulpverleners en eigen hulpverlening
hierop afstemmen, ook onder tijdsdruk en in een stressvolle situatie (bijv.
acute verslechtering, dienstoverdracht)

Gedrag

• Draagt bij aan samenwerking binnen het team op inhoud en proces
• Toont verpleegkundige leiderschap
• Toont professionele en respectvolle omgang met zorgvragers en hun
naasten, rekening houdend met evt. beperkingen van de zorgvrager
• Toont professionele en respectvolle omgang met betrokken collega’s
(interdisciplinair)
• Stelt zich verantwoordelijk op in het hanteren van de grenzen van de eigen
deskundigheid als gespecialiseerde verpleegkundige binnen de acute zorg
vraagt tijdig om assistentie
• Schat eigen behoefte aan psychosociale zorg in en vraagt hulp bij
verwerking van traumatiserende gebeurtenissen
• Ontwikkelt zich door kritisch te reflecteren op het eigen handelen en zo
nodig actie te ondernemen om de eigen bekwaamheid te verbeteren

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau


Dit is een specifieke EPA. De EPA kan aan de student na de opleiding (BAZ en
kern EPA’s) toevertrouwd worden op supervisieniveau 4. De duur wordt
bepaald door de werkcontext en de individuele student.
Edit | Back to EPA index