Zorgdragen voor de initiële benadering van een zorgvrager en/of consultatieve functies buiten de eigen unit

Code

ic-12

Type

basis

Omschrijving

Het betreft de initiële benadering van een acute zorgvrager en het vervullen van consultatieve functies buiten de eigen unit/afdeling, binnen de ziekenhuissetting. Hieronder valt het beoordelen en eventueel behandelen van een zorgvrager op de verpleegafdeling, handelen als onderdeel van het Spoed Interventie Team (SIT), en/of het adviseren, ondersteunen of uitvoeren van voorbehouden handelingen op de verpleegafdeling om de continuïteit van zorg te waarborgen. 

De activiteit omvat

• Adviseren over en verlenen van direct benodigde zorg 
• Systematisch verzamelen van gegevens (bijv. overdracht, anamnese, vitale functies, lichamelijk onderzoek) 
• Bewaken en monitoren van vitale functies 
• Analyseren en interpreteren van gegevens 
• Stellen van een (verpleegkundige) werkdiagnose 
• Prioriteren en coördineren van verpleegkundige zorg 
• Uitvoeren van zorg en (risicovolle) verpleegtechnische handelingen 
• Tijdig signaleren van onvoorziene, kritieke situaties (interventies bepalen) 
• Evalueren en zo nodig bijstellen van interventies van beleid 
• Informeren, instrueren en begeleiden van zorgvrager en naasten 
• Samenwerken en afstemmen met collega’s en andere disciplines 
• Evalueren en rapporteren van zorg 

Beperkingen

 • Tot deze activiteit behoort niet de initiële benadering van de zorgvrager met een circulatiestilstand in een ALS-setting

 Voorwaardelijkheden:
• EPA’s Basis Acuut zijn toevertrouwd 
• EPA Zorg verlenen aan een zorgvrager met een circulatiestilstand in een ALS-setting is toevertrouwd 

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Methoden voor verzamelen van gegevens (bijv. ABCDE, AMPLE), risicoinschatting, vroeg signalering (bijv. EWS, lichamelijk onderzoek), probleemherkenning (bijv. ademhaling-problemen,), interventie, monitoring en communicatie (bijv. SBAR) 
• Anatomie, fysiologie, pathologie, behandeling, en de samenhang van de betrokken orgaansystemen bij volwassenen 
• Vitale parameters en variaties hierop passend bij de patiënt (karakteristieken) en het onderliggende ziektebeeld • Acute bedreigingen van vitale functies (bijv. ademhalingsproblemen, shock, sepsis) 
• Richtlijnen, behandelingsprotocollen en standaarden zoals in de werkpraktijk worden gebruikt 
• Interventies bij (acute) aandoeningen inclusief (bij)werking, complicaties en effect 
• Methodieken rond samenwerkingsprocessen (basisprincipes Crew Resource Management) 

Vaardigheden

• Diagnostisch onderzoek verrichten en adviseren over de direct te verlenen benodigde zorg 
• Op methodische wijze gegevens verzamelen en op basis van de geconstateerde gezondheidsproblemen de urgentie bepalen 
• Bewaken en monitoren van de vitale functies 
• Interpreteren van de verzamelde gegevens en hieruit een (verpleegkundige) werk- en differentiaaldiagnose formuleren 
• De gezondheidssituatie samenvatten, klachten en (potentiële) gezondheidsproblemen verklaren vanuit de pathofysiologie van de (werk)diagnose 
• Prioriteren binnen de planning en coördinatie van werkzaamheden 
• De keuze en planning van interventies afwegen door middel van ‘doeleffect-risico’ 
• Samenwerken en afstemmen met collega’s en andere disciplines 
• Gemotiveerde indicatie(s) voor interventie(s) stellen en indien nodig apparatuur gebruiksklaar maken 
• Interventies volgens de professionele standaarden uitvoeren, apparatuur bedienen volgens de geldende richtlijnen 
• Adviseren, assisteren of begeleiden bij onderzoek en behandeling • Anticiperen op mogelijke veranderingen in de gezondheidstoestand van de zorgvrager, proactief handelen en improviseren 
• Methodisch overdragen aan andere hulpverleners (bijv. acute verslechtering, dienstoverdracht, MDO, overplaatsing, etc.) 
• Kennis en inzicht begrijpelijk overbrengen op de verpleegkundige(n) van de afdeling 
• Evalueren van de inzet met alle betrokkenen 
• Informeren, instrueren en begeleiden van de zorgvrager en diens naasten 

Gedrag

• Toont leiderschap indien de situatie hierom vraagt 
• Toont professionele en respectvolle omgang met zorgvragers en hun naasten, rekening houdend met evt. beperkingen van de zorgvrager 
• Toont professionele en respectvolle omgang met betrokken collega’s (interdisciplinair) 
• Stelt zich verantwoordelijk op in het hanteren van de grenzen van de eigen deskundigheid als gespecialiseerde verpleegkundige binnen de acute zorg vraagt tijdig om assistentie 
• Schat eigen behoefte aan psychosociale zorg in en vraagt hulp bij verwerking van traumatiserende gebeurtenissen 
• Ontwikkelt zich door kritisch te reflecteren op het eigen handelen en zo nodig actie te ondernemen om de eigen bekwaamheid te verbeteren 

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

 Dit is een specifieke EPA. De verwachting is dat de student na de opleiding (BAZ en kern EPA’s) de EPA toevertrouwd kan worden op supervisieniveau 4.
Edit | Back to EPA index