Zorg verlenen aan een pasgeborene waarbij één of meerdere vitale functies bewaakt moeten worden

Code

MK-opleiding-HCN-1

Type

kern

Omschrijving

Het betreft zorg verlenen aan een pasgeborene vanaf 32 weken zwangerschapsduur bij wie één of meer vitale functies geobserveerd en bewaakt worden, waarbij de veranderingen van de vitale functies op tijd gesignaleerd, onderkend en geïnterpreteerd moeten worden en hiernaar gehandeld moet worden in de volgende context: 
• Premature, en/of dysmature, à terme en serotiene pasgeborenen vanaf 32 weken zwangerschapsduur en/of meerlingen opgenomen op een couveusesuite, couveuse unit van een kinderafdeling of neonatologieafdeling 
• Vitale functies als circulatie, respiratie, neurologisch van zijn bedreigd 
• Kortdurende ondersteuning van vitale functie is mogelijk 

De activiteit omvat

• Opvangen van pasgeborene en naasten 
• Afnemen van (delen van) de anamnese op prioriteit 
• Meten, continu observeren en interpreteren van de vitale functies en neurologische controles in het kader van de acute bedreiging, en op basis hiervan handelen 
• Uitvoeren van methodieken (zoals ABCDE) 
• Invullen scorelijsten op prioriteit, interpreteren van de gegevens en op basis daarvan handelen (zoals pijnscores en vochttoestand) 
• Opvangen naasten rondom de vitaal bedreigde pasgeborene 
• Voorlichting, instructie geven aan en begeleiden van naasten met betrekking tot de vitaal bedreigde pasgeborene t.a.v. het ziekteproces, behandeling, afspraken, uitleg over apparatuur en veiligheid, afdelings- en instellingsregels 
• Interpreteren van gegevens van de monitor en saturatiemeter en op basis hiervan interventies toepassen (zoals zuurstoftherapie en het geven van vocht en medicatie) 
• Prioriteren, uitvoeren en evalueren van hoogcomplexe verpleegkundige zorg voor een vitaal bedreigde pasgeborene 
• Interpreteren van de vochtbalans van de vitaal bedreigde pasgeborene en op basis daarvan handelen 
• Bewaken vitale functies van de pasgeborene, non-invasieve monitorcontrole van ademhaling, hartfrequentie, bloeddruk en zuurstofsaturatie • Assisteren bij intubatie/noodthoraxdrainage 
• Ondersteunen van vitale functies door bijvoorbeeld: medicatie, zuurstof toediening, low-flow, CPAP max 48 uur 
• Ontwikkelingsgerichte en gezinsgerichte zorg in de setting van een vitaal bedreigde pasgeborene 
• Interprofessioneel samenwerken (in de acute situatie) 
• Overdragen van zorg (SBARR-methodiek) naar andere disciplines of andere setting en samenwerken met collega’s en binnen het netwerk (zoals een kraam-, kinder(thuiszorg)-, (ic-)neonatologieverpleegkundigen, huisarts, verloskundigen) 
• Inbrengen van gespecialiseerde neonatologieverpleegkundige expertise in het interprofessionele team: kennis overdragen, advies en instructie geven en begeleiden van collega’s 

Beperkingen

• Tot deze doelgroep behoort niet de pasgeborene die langdurig CPAP of langdurig behandeling middels een centrale lijn nodig heeft
• Assisteren bij intubatie/noodthoraxdrainage dient op niveau shows how te worden afgerond

Voorwaardelijkheden
• Deze EPA kan worden afgerond wanneer MK-HCN-0 of MK-OBS-6 en 7 zijn toevertrouwd 

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Anatomie, fysiologie, normaalwaarden vitale functies van pasgeborenen 
• Pathologie van de luchtwegen en ademhaling 
• Pathologie van de circulatie 
• Pathologie van het milieu interne 
• Pathologie van het gastro-intestinale systeem 
• Pathologie van nieren en urinewegen 
• Pathologie van neurologie 
• Verschijnselen van problemen bij de transitie van intra-uterien naar extrauterien leven 
• Ontwikkeling van de pasgeborene tussen 32 en 42 weken zwangerschapsduur postpartum vanaf 32 weken tot 28 dagen na de à terme datum 
• Aandoeningen waarbij de vitale functies bedreigd zijn, zoals een bedreigde ademweg (bijv. Pierre Robin, Schisis), of aandoeningen waarbij de vitale organen onvoldoende ontwikkeld zijn (zoals prematuriteit, BPD, Wet Lung, specifiek medicatie- of middelengebruik van de moeder, verloop van een infectie, hartafwijkingen, congenitale afwijkingen) 
• Early feeding skills 
• Farmacotherapie bij afwijkende vitale functies, zoals coffeïne, diuretica 
• Gangbare onderzoeken, zoals bloedbeeld, CRP, Astrup, bili, elektrolyten, glucose, röntgen, echo 
• Methodieken ABCDE, SBARR 
• NLS 
• PBLS 
• Verpleegkundig rekenen (zoals bij medicatie, infusie, zuurstof) 
• Copingstrategieën van ouders in een crisissituatie 

Vaardigheden

• Anticiperen op (mogelijke) veranderingen in de situatie van de vitaal bedreigde pasgeborene en hierbij proactief handelen 
• Handelen volgens de op dat moment geldende wet- en regelgeving 
• Assisteren bij handelingen en onderzoek bij een pasgeborene (zoals intubatie en infuus/navellijn plaatsen, röntgenonderzoek, liquorpunctie, bloedafname, nood thoraxdrainage) 
• Toepassen van algemene hygiëne- en veiligheidsprincipes geldend voor een neonatale setting 
• Ouders instrueren en begeleiden in de zorg passend bij de situatie, zoals buidelen en basiszorg aanleren 
• Toepassen van apparatuur op basis van de toestand van de pasgeborene (zoals zuurstof, low-flow, CPAP-monitor, infuuspomp) 
• Uitvoeren van resuscitatie volgens de NLS/PBLS-richtlijnen 
• Klaarmaken en toedienen van (acute-)intraveneuze) medicatie bij de vitaal bedreigde pasgeborene 
• Klaarmaken en toepassen van infuustherapie, TPV 
• Toepassen van warmtemanagement met behulp van diverse apparatuur zoals couveuse, warmtebed 
• Interprofessioneel communiceren en samenwerken rondom de vitaal bedreigde pasgeborene 
• Toepassen van basiszorg aan de vitaal bedreigde pasgeborene, verzorging, voeding en uitscheiding, groei en ontwikkeling, lactatie, glucosehuishouding en fysiologische icterus, temperatuurregulatie, neonatale screening, rijksvaccinatieprogramma afgestemd op de zwangerschapsduur en ontwikkeling van het kind 
• Verpleegkundig leiderschap op gebied van innovatie, kwaliteit, coördinatie van verpleegkundige zorg aan vitaal bedreigde pasgeborenen, EBP en begeleiden van het team 

Gedrag

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

De verwachting is dat de student aan het einde van de opleiding de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden. 
Edit | Back to EPA index