Zorg verlenen aan een pasgeborene met meerdere vitaal bedreigde functies, reagerend op de geboden HC-therapie

Code

MK-opleiding-HCN-3

Type

kern

Omschrijving

Het betreft zorg verlenen aan een pasgeborene in de volgende context: 
• De vitaal bedreigde pasgeborenen is geboren na een zwangerschapsduur van 24 tot 42 weken, en ligt vanaf 30 weken zwangerschapsduur, minimaal 1000 gram en zonder invasieve beademing op een post-ic-afdeling 
• De vitaal bedreigde pasgeborene is opgenomen met meerdere bedreigde vitale functies en krijgt de volgende ondersteuning: 
        • Low flow CPAP/High flow/NIPPV 
        • Continue parenterale medicatie ter ondersteuning van één of meer vitale functies 
        • ≥ 2 Medicamenten, meervoudige medicamenteuze therapie (exclusief vitaminen en andere voedingssupplementen) 
        • Centrale lijn, centrale lijn voor parenterale voeding 
        • Arterielijn (frequente bloedafname) 
        • Blaaskatheter 

De activiteit omvat

• Afnemen van (delen van) de anamnese op prioriteit
• Meten, continu observeren en interpreteren van de vitale functies en neurologische controles in het kader van de acute aandoening en op basis hiervan handelen en evalueren
• Invullen scorelijsten op prioriteit, interpreteren van de gegevens en op basis daarvan handelen
• Opvangen naasten rondom de vitaal bedreigde pasgeborene
• Voorlichting en instructie geven aan en begeleiden van ouders met betrekking tot de vitaal bedreigde pasgeborene
• Ondersteunen van de ouders bij de zorg voor de vitaal bedreigde pasgeborene
• Ondersteunen van de ouders bij besluitvorming met behulp van shared decision making
• Prioriteren, uitvoeren en evalueren van de verpleegkundige zorg aan een vitaal bedreigde pasgeborene
• Zorg verlenen aan pasgeborenen met verschillende vormen van ademhalingsondersteuning zoals CPAP tot PEEP 8 en NIPPV
• Toedienen van risicovolle medicatie (waarvoor monitoring geïndiceerd is)
• Interprofessioneel samenwerken in een acute situatie
• Overdragen van zorg (SBARR-methodiek) naar andere disciplines of andere setting en samenwerken met collega’s en binnen het netwerk (zoals kraam-, kinder(thuiszorg)-, (ic)-neonatologieverpleegkundigen, huisarts, verloskundigen)
• Inbrengen van gespecialiseerde neonatologieverpleegkundige expertise in het interprofessionele team: kennis overdragen, advies en instructie geven en begeleiden van collega’s

Voorwaardelijkheden
• Deze EPA kan worden afgerond wanneer MK-HCN-2 is toevertrouwd 

Beperkingen

No content provided

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Verdieping van de kennis van ziektebeelden in aanvulling op MK-HCN2-2, zoals MAS, CHD, IRDS, asfyxie, PPHN, pneumothorax, post ECMO, post chirurgie, post cardiochirurgie, NEC, congenitale afwijkingen, neonatale convulsies, kernicterus, hersenbloeding, TTS-gemelli, BPD 
• Farmacotherapie, werking, bijwerking, toedienen, interacties en complicaties van meerdere soorten medicatie 
• Invloed op en, gevolgen van een langdurige en/of zeer bedreigende ziekte, na een ICN-opname en tijdens de HCN-opname voor de pasgeborene en de ouders 
• Ethiek en dilemma’s bij langdurige intensieve zorg 

Vaardigheden

• Handelen volgens de op dat moment geldende wet- en regelgeving, protocollen en richtlijnen 
• Geven van ontwikkelingsgerichte en gezinsgerichte zorg 
• Toepassen van algemene hygiëne- en veiligheidsprincipes geldend voor een neonatale setting 
• Anticiperen op afwijkingen in de vitale functies in het kader van de aandoening, zoals onder kennis benoemd 
• NLS-richtlijnen 
• Herkennen van complicaties bij complexe zorg waarop meerdere aandoeningen van invloed kunnen zijn en waarbij regelmatig moet worden afgeweken van standaard protocollen en procedures 
• Herkennen van (potentiële) problemen, risico’s en complicaties bij de ondersteuning van meerdere vitale functies, zoals CPAP PEEP 8, NIPPV, kortdurende overname van de ademhaling, invasieve monitoring 
• Handelen volgens verpleegkundig protocol en/of hier gemotiveerd van afwijken 
• Zorgplanning maken in samenspraak met ouders 
• Herkennen van de fysiologische feedbackmechanismen bij bedreiging van meerdere vitale functies 
• Herkennen van en bespreekbaar maken van ethische dilemma’s (zoals bij niet intensiveren beleid) 
• Anticiperen op copingstrategieën van ouders in een langdurig onzekere situatie 
• Observeren, herkennen en anticiperen op prikkelverwerking en pijn en het effect hiervan op de vitale functies, groei en ontwikkeling 
• Balans aanbrengen tussen benodigd onderzoek/behandeling/ verzorging/buidelen en rust, groei en ontwikkeling 
• Begeleiden van ouders bij de hechting, toepassen ontwikkelingsgerichte zorg en verlenen van basiszorg aan hun kind 
• Ondersteunen van verschillende zorgprofessionals bij handelingen en onderzoeken 
• Assisisteren bij inbrengen, verzorgen en verwijderen van een arteriële lijn t.b.v. bloedafname 

Gedrag

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

 De verwachting is dat de student aan het einde van de opleiding de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden.
Edit | Back to EPA index