Zorg verlenen aan en assisteren bij de opvang van de vitaal bedreigde 'natte' pasgeborene vanaf 24 weken zwangerschapsduur

Code

MK-opleiding-OBS-10

Type

kern

Omschrijving

Dit betreft het verlenen van zorg direct na de geboorte van het kind. 

De activiteit omvat

• Opvangen van de pasgeborene en naasten
• Meten, observeren en ordenen van de vitale en lichamelijk observaties van de natte pasgeborene met aandacht voor de zwangerschapsduur; interpreteren van de gegevens en op basis daarvan handelen
• De opvangtafel gereedzetten voor de opvang (zuurstof, uitzuig, monitor)
• De medicatie klaarzetten voor de opvang
• Materialen klaarzetten met betrekking tot de respiratie (zoals laryngoscoop, Magilltang en orofaryngeale airway)
• Materialen klaarzetten met betrekking tot de circulatie (zoals navelvene lijnen en pulsoxymeter)
• Klaarmaken en (assisteren bij) toedienen van orale, rectale, intramusculaire en intraveneuze medicatie
• Toepassen ABCDE-methodiek
• Toepassen van het reanimatieprotocol
• Bedienen van de apparatuur (zoals opvangtafel en beademingsapparatuur)
• Klaarmaken van apparatuur voor transport van de pasgeborene naar neonatologie of centrum elders (zoals zuurstoftank, transportcouveuse en spoedlift)
• Ondersteunen van het medisch beleid
• Ondersteunen en begeleiden ouders
• Prioriteren, uitvoeren en evalueren van de verpleegkundige zorg aan de hand van het gemaakte verpleegplan
• Evalueren van de zorg met de samenwerkende zorgverleners
• Overdragen van zorg aan en samenwerken met andere professionals binnen de keten (zoals medewerkers van de IC-neonatologie, kinderverpleegkundige, verloskundige, ambulanceverpleegkundige en huisarts)
• Inbrengen van gespecialiseerde verpleegkundige obstetrische expertise in het interprofessioneel team: kennis overdragen, advies en instructie geven en begeleiden van collega’s

Voorwaardelijkheden
• Om MK-OBS-10 te volgen moet eerst MK-OBS 8 zijn toevertrouwd 

Beperkingen

No content provided

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Intra-uteriene circulatie van de pasgeborene 
• Anatomie en fysiologie van een pasgeborene 
• Prematuriteit en immaturiteit 
• Fysiologie m.b.t. verschillende stadia van longrijping van de pasgeborene 
• Landelijke richtlijnen voor de reanimatie van de pasgeborene (NLS) 
• Verschillen in het reanimatieprotocol in de opvang boven en onder de 32 weken 
• Lichamelijke observaties van de pasgeborene passend bij de zwangerschapsduur 
• Protocollaire afspraken bij de opvang van een pasgeborene (perinataal beleid) 
• Farmacologie 
• Medicatie die gebruikt wordt bij de opvang 
• Benodigde apparatuur en gegenereerde gegevens door deze apparatuur (zoals opvangtafel en monitor) 

Vaardigheden

• Anticiperen op snelle veranderingen in de zorgsituatie en calamiteiten (NLS, BLS, ABCDE-methodiek) 
• Alert zijn op en bespreekbaar maken van ethische dilemma’s 
• Direct, accuraat en doelgericht communiceren, motiverende gespreksvoering 
• Stressbestendigheid; overzicht houden in snel veranderende zorgsituatie 
• Observeren en herkennen van lichamelijke en psychosociale signalen, interpreteren van de gegevens en op basis daarvan handelen 
• Herkennen en interpreteren van symptomen van vitale bedreiging en acute situaties 
• Bepalen van de urgentie 
• Bereiden, klaarzetten en toepassen van medicatie die mogelijk toegediend wordt tijdens de opvang van de natte pasgeborene 
• Gereed maken en toepassen van instrumenten en hulpmiddelen die tijdens de opvang worden gebruikt 
• Deelnemen aan reanimatie volgens protocol 
• Begeleiding van ouders tijdens de opvang van de pasgeborene 
• Coördineren en organiseren van zorg aan de pasgeborene 
• Interprofessioneel samenwerken 
• Gezamenlijke besluitvorming 
• Verpleegkundig leiderschap op gebied van kwaliteit (EBP) en coördinatie van zorg 
• Proactief handelen 
• Anticiperen op mogelijke veranderingen in de situatie

Gedrag

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

De verwachting is dat de student aan het einde van de opleiding de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden. 
Edit | Back to EPA index