Coördineren en uitvoeren van peroperatieve laagcomplexe anesthesiologische zorg bij patiënten onder locoregionale anesthesie

Code

MO-opleiding-AM-10

Type

kern

Omschrijving

De activiteit omvat

• Analyseren van gegevens in het (patiënten)registratiesysteem voor benodigde anesthesiologische zorg a.d.h.v. het operatieprogramma/ de patiënt 
• Bedrijfsklaar maken van de OK en klaarzetten en controleren van basis medische hulpmiddelen 
• Maatregelen nemen bij storing/uitval van benodigde apparatuur 
• Bevoorrading van de OK controleren op inhoud, expiratiedatum en materialen 
• Klaarleggen van benodigdheden voor locoregionale anesthesie 
• Uitvoeren van dubbelcheck van medicatie en patiëntengegevens 
• Transporteren van de patiënt naar de operatiekamer 
• Participeren in perioperatieve overlegmomenten 
• Begeleiden van patiënten gedurende de locoregionale anesthesieprocedure, zowel fysiek als communicatief 
• Aansluiten van de basismonitoring
 • Assisteren bij (steriele) locoregionale anesthesiologische procedures (plexus, epiduraal, spinaal en dergelijke) 
• Positioneren van de patiënt in de laagcomplexe zorgcategorie, controleren van de positie perioperatief en handelen bij afwijkingen 
• Zuurstof toedienen m.b.v. O2 neussonde (bij het toedienen van sedatie) 
• Bewaken en monitoren van de patiënt tijdens uitvoering locoregionale anesthesie en perioperatief 
• Controleren en registreren van gegevens in het (patiënten)registratiesysteem 
• Verzorgen, verwerken en registreren van patiëntmateriaal (HB, kruisbloed etc.) 
• Communiceren met anesthesioloog en andere disciplines op de OK (operatieteam) 
• Handelen gedurende de operatie bij veranderende situaties en complicaties (zoals: medicatie toedienen bij bloeddrukdaling, medicatie toedienen bij een reactie op pijn, anesthesioloog op de hoogte brengen bij relatief veel bloedverlies etc.) 
• Patiënt transporteren naar de verkoever 
• Operatiekamer gereedmaken voor een volgende ingreep 

Beperkingen

• Tot deze activiteit behoort niet het coördineren en uitvoeren van anesthesiologische zorg op buitenlocaties en in acute zorgsituaties

 • Deze EPA heeft betrekking op laagcomplexe zorgsituaties, zoals beschreven in de complexiteitstabel 

 • Deze EPA kan worden afgerond wanneer EPA MO-AM-7, 8 en 11 zijn toevertrouwd  

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Anatomie, fysiologie en pathologie van patiënten in de laagcomplexe anesthesiologische zorgcategorie (locoregionale anesthesie) 
• Verschillende locoregionale technieken en mogelijke complicaties 
• Laagcomplexe operatieprocedure en de potentiële complicaties 
• Anesthesiologisch gerelateerde medicatie bij locoregionale anesthesie m.b.t. werking, potentiële bijwerkingen en complicaties 
• Apparatuur bij locoregionale anesthesie 
• Afdelingsprotocollen m.b.t. locoregionale anesthesie 
• Basic life support en Advanced life support 
• Juridische aspecten/ethiek m.b.t. operatieve zorg 
• Klinisch redeneren m.b.t laagcomplexe locoregionale anesthesie 

Vaardigheden

• Efficiënt verzamelen, klaarleggen en controleren van benodigdheden voor locoregionale anesthesie 
• Uitvoeren van steriele anesthesiologische handelingen op basis van steriliteitsprincipes 
• Uitvoeren van isolatiemaatregelen en richtlijnen m.b.t. hygiëne en infectiepreventie 
• Patiënten instrueren, informeren en geruststellen binnen laagcomplexe zorgsituaties 
• Prioriteiten stellen bij de handelingen in een laagcomplexe locoregionale anesthesiologische zorgsituatie 
• Zorgproces afstemmen met de anesthesioloog binnen laagcomplexe locoregionale anesthesiologische zorgsituatie 
• Anticiperen op potentiële veranderende situaties en complicaties bij locoregionale anesthesie 
• Werktempo aanpassen aan laagcomplexe locoregionale zorgsituaties 
• Klinisch redeneren m.b.t. locoregionale anesthesie 

Gedrag

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

De verwachting is dat de student na 1 jaar van het praktijkgedeelte de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden. 
Edit | Back to EPA index