Coördineren en uitvoeren van perioperatieve anesthesiologische zorg bij kinderen tussen 2-16 jaar zonder comorbiditeiten

Code

MO-opleiding-AM-22

Type

kern

Omschrijving

De activiteit omvat

• Analyseren van gegevens in het (patiënten)registratiesysteem a.d.h.v. het operatieprogramma/ de patiënt 
• Bedrijfsklaar maken van de OK en klaarzetten en controleren van basis medische hulpmiddelen voor de jongere patiënt (kleinere beademingsslangen, beademingsballon, NIBP etc.) 
• Maatregelen nemen bij storing/uitval van benodigde apparatuur 
• Bevoorrading van de OK controleren op inhoud, expiratiedatum en materialen 
• Klaarleggen van de benodigdheden voor laagcomplexe anesthesie bij de jongere patiënt (kleinere larynxmaskers, tubes, laryngoscoop, verdunde medicatie, kleiner formaat infuusvloeistof etc.) 
• Uitvoeren van dubbelcheck van medicatie en patiëntengegevens 
• Transporteren van de patiënt en de naasten/ begeleider naar de operatiekamer 
• Deelnemen aan en interpreteren van perioperatieve overlegmomenten 
• Begeleiden van patiënten en naasten/ begeleider; zowel fysiek als communicatief 
• Aansluiten aan basismonitoring 
• Pre-oxygeneren voor de inleiding 
• Overnemen van de beademing na inductie d.m.v. kapbeademing 
• Assisteren bij inductie door middel van kapbeademing of intraveneus 
• Assisteren bij de anesthesiologische procedure (inductie, luchtwegmanagement, zoals plaatsen larynxmasker of intuberen) 
• Positioneren van de patiënt, controleren van de positie perioperatief en handelen bij afwijkingen 
• Bewaken en monitoren van de patiënt tijdens inductie en perioperatief 
• Regelen van warmtemanagement bij de jongere patiënt, doormiddel van een patiënten verwarmingssysteem 
• Controleren en registreren van gegevens in het (patiënten) registratiesysteem 
• Verzorgen, verwerken, registreren en aanvragen van patiëntmateriaal (HB, kruisbloed, bloedproducten) 
• In kaart brengen van vochtbalans 
• Onderhouden van de anesthesie (toedienen van hypnotica, analgetica, relaxantia etc.) 
• Communiceren met anesthesioloog en andere disciplines op de OK (operatieteam) 
• Delegeren van anesthesiologische taken en aansturen van collega’s 
• Handelen gedurende de operatie bij veranderende situaties en complicaties (zoals medicatie toedienen bij bradycardie, medicatie toedienen bij reactie op pijn, patiënt dieper maken bij een laryngospasme etc.) 
• Voorbereidingen treffen voor de uitleiding (hypnotica afbouwen, spierrelaxantia bepalen, postoperatieve pijnstilling bepalen etc.) 
• Assisteren bij de uitleiding (extubatie) 
• Patiënt transporteren naar de verkoever 
• Operatiekamer gereedmaken voor een volgende ingreep 

Beperkingen

• Tot deze activiteit behoort niet het coördineren en uitvoeren van anesthesiologische zorg op buitenlocaties en in acute zorgsituaties 

• Deze EPA kan worden afgerond wanneer EPA MO-AM-18 is toevertrouwd 

Voorwaardelijkheden (EPA"s)

CanMeds

  • Vakinhoudelijk handelen
  • Communicatie
  • Samenwerking
  • Kennis en wetenschap
  • Maatschappelijk handelen
  • Leiderschap
  • Professionaliteit

Kennis

• Anatomie, fysiologie en pathologie (meest voorkomende) van de patiënt in de jongere leeftijdscategorie 
• Lichamelijke en geestelijke ontwikkeling bij kinderen 
• Verschillende technieken bij locoregionale en algehele anesthesie en mogelijke complicaties bij jongere patiënten 
• Inhalatie en intraveneuze inductie, luchtweg bij kinderen (masker/ballon, orofaryngeale luchtweg, larynxmasker, intubatie) 
• Werking van anesthesiologisch gerelateerde (nood)medicatie en doseringen, potentiële bijwerkingen en complicaties bij kinderen 
• Werking van apparatuur voor laagcomplexe anesthesiologische zorg voor de jongere patiëntencategorie 
• Normaalwaardes van de vitale parameters bij de jongere patiënt 
• Perioperatief vochtbeleid bij de jongere patiënt 
• Warmtemanagement bij de jongere patiënt 
• Complicaties tijdens anesthesie bij de jongere patiënt (apnoe, laryngospasme, bronchospasme, hypotensie, hypocapnie, hypercapnie etc.) evenals de postoperatieve zorg (apnoe, laryngospasme, bronchospasme, PONV, ontwaakagitatie, post-extubatie stridor, hypothermie, etc.) 
• Pediatric basic life support 
• Juridische aspecten/ethiek m.b.t. operatieve zorg bij de jongere patiëntencategorie 
• Afdelingsprotocollen m.b.t. de anesthesiologische zorg bij de jongere patiënt 

Vaardigheden

• Efficiënt verzamelen, klaarleggen en controleren van benodigdheden voor anesthesiologische zorgsituaties bij de jongere patiënt 
• Communiceren en centraal stellen van de jongere patiënt en empathie en respect tonen naar ouders/begeleiders 
• Proactief onderhouden van algehele anesthesie en locoregionale anesthesie met behulp van basis anesthesiologische hulpmiddelen 
• Signaleren en handelen bij afwijkende vochtbalans en lichaamstemperatuur 
• Assisteren bij inhalatie en intraveneuze inductie bij de jongere patiënt in de laagcomplexe zorgcategorie 
• Prioriteiten stellen tijdens het uitvoeren van luchtwegmanagement bij patiënten in de jongere leeftijdscategorie (masker/ballon, orofaryngeale luchtweg, larynxmasker, intubatie) 
• Zorgproces afstemmen met de anesthesioloog in zorgsituaties die betrekking hebben tot kinderen in de laagcomplexe zorgcategorie 
• Anticiperen op potentiële veranderende situaties en complicaties tijdens anesthesie (apnoe, laryngospasme, bronchospasme, hypotensie, hypocapnie, hypercapnie etc.) evenals de postoperatieve zorg (apnoe, laryngospasme, bronchospasme, PONV, ontwaakagitatie, post-extubatie stridor, hypothermie, etc.) 
• Klinisch redeneren bij de jongere patiëntencategorie m.b.t. anesthesiologische zorg 

Gedrag

Informatie bronnen voortgang

Om de voortgang te monitoren en de activiteit toe te vertrouwen worden meerdere observaties uitgevoerd, door meerdere observatoren en zijn er verschillende informatiebronnen gebruikt, waaronder minimaal een observatie in de praktijk van het uitvoeren van de toe te vertrouwen activiteit.

Fase & niveau

De verwachting is dat de student na 2 ½ jaar van het praktijkgedeelte de EPA op supervisieniveau 4 toevertrouwd kan worden. 
Edit | Back to EPA index